Staartje Nicaragua en Costa Rica

13 november 2019 - Liberia, Costa Rica

Op moment van typen is het 12 november, 10.50u en bevinden wij ons in een parkje in de stad Tilarán, Costa Rica. Het is, voor zover we hebben kunnen zien, een redelijk nietszeggend stadje waar we slechts een paar uur verblijven terwijl we wachten op de bus die ons naar La Fortuna zal brengen. Het blog dat je nu leest is ons eerste reisverhaal dat niet in Nicaragua geschreven is. Het begin gaat nog wel een beetje over Nicaragua. 

Vlak na het laatste verslag, zijn we afgereisd naar Laguna De Apoyo, ten zuiden van Granada. Zoals de naam al doet vermoeden, kent het dorpje een prachtige blauwe lagune: een kratermeer dat wordt verwarmd door de vulkaan. De hoge ligging van ons hostel maakte dat we een erg mooi uitzicht hadden op het water, de bergen en de vulkaan. ‘s Morgens zetten we onszelf ertoe om al om 5.15u uit de veren te gaan om te genieten van een heerlijk serene ochtendduik. Er waren best veel jongeren in dat hostel, maar die lagen op dit tijdstip nog allemaal op één oor. Marije heeft hele mooie beelden van ons vroege zwemavontuur, met op de achtergrond de opkomende zon. 

Toevoeging Marije: Peter is ‘s avonds tijdens het wildplassen in een gat gevallen. 
Aanvulling Peter: Dat gat was er gewoon opeens..

laguna de apoyo ochtendduiklaguna de apoyo

Na slechts één nacht zetten we koers naar San Juan Del Sur, onze laatste bestemming in het inmiddels door ons zo geliefde Nicaragua. San Juan  Del Sur (vanaf nu: SJDS) ligt helemaal in het zuiden van Nicaragua, tegen Costa Rica aan. Het is een prachtige bestemming met mooie stranden, leuke barretjes, winkeltjes en de allermooiste zonsondergangen die we ooit gezien hebben. Ook hebben we gehiked naar het 26 meter hoge beeld van Jezus, die waakzaam over de baai uitkijkt. Het uitzicht vanaf daar was adembenemend. 

sundown sjdssundown sjds2sjds strandsjds jesussjds jesus2sjds jesus uitzicht

In een eerder blog hebben we ons niet zo positief uitgelaten over de Noord-Amerikanen die we hier ontmoeten. Het is dan ook wel zo eerlijk om te vermelden als we wel positieve ervaringen hebben met VS-ers. In SJDS zijn we in de Cervezeria (waar heerlijk lokaal bier gebrouwd wordt) een ontzettend leuk Amerikaans stel tegen het lijf gelopen, met wie we de rest van de avond het eerst steeds later en toen steeds vroeger zagen worden. 

la cervezeria

De reis naar SJDS was trouwens ook nog een avontuur. Soms willen de hulpjes van de buschauffeurs (soort conducteurs zeg maar, die het geld verzamelen) je zo graag in hun bus krijgen, dat ze altijd bevestigend antwoorden op de vraag waar ze heen gaan. In plaats van SJDS belandden we daarom in San Jorge. We hebben het maar liefst drie keer gevraagd en elke keer antwoordde hij bevestigend. Toen we, tot onze grote ontsteltenis, op de verkeerde plaats aankwamen, en hem ermee confronteerden, zei hij dat hij echt San Jorge verstond in plaats van San Juan Del Sur. Net voordat we hem konden vastbinden onder z’n bus (we waren heel boos!) bood de buschauffeur aan om ons naar Rivas te brengen. Dit was niet zo ver en vanaf daar was het ook niet zo ver meer naar SJDS. Dit aanbod namen we graag aan, maar toen we uitstapten en onze niet zo grote vriend onze bagage uit de klep haalde, had hij ook nog het lef om ons geld te vragen voor het stukje naar Rivas.. Net voordat we opnieuw bereid waren om de man verbaal al dan niet fysiek te belagen, reed de buschauffeur weg, waardoor de conducteur hard moest rennen om nog op tijd in te stappen. Dit tot onze grote hilariteit natuurlijk. Dat geld hebben we uiteraard niet betaald.. 

Toen was het tijd om Nicaragua achter ons te laten en af te reizen naar de zuiderburen. Na het debacle van onze vorige reis, wilden we dit heel goed plannen. We hebben vijf verschillende manieren gehoord om op de plaats van bestemming (Liberia) aan te komen en uiteindelijk hebben we maar gedaan wat we het vaakst hoorden. De reis verliep goed, tot we vlak bij de grens aankwamen in Peñas Blancas. Daar konden we wachten op de volgende bus (we wisten niet wanneer die zou komen) of voor een paar dollar met een taxi mee. We kozen voor het kaatste, maar toen bleek dat er al drie mensen in die taxi zaten te wachten, Peter er nauwelijks bij kon en Marije bij hem op schoot moest, zijn we (tot verontwaardiging van de boze taxichauffeur) snel uitgestapt. Gelukkig kwam de bus heel snel.. Bij de grensovergang was het een beetje gek: bij dit officiële loket een dollar betalen, dan bij het loket er tegenover twee dollar betalen, paspoort laten controleren, stukje lopen, nog een paar keer paspoort laten zien en toen nog een keer naar een loket om je paspoort te laten stempelen, het zal allemaal wel.. Maar we waren in Costa Rica en we hadden er heel veel zin in om dit mooie land te leren kennen! We stapten in de bus naar Liberia waar we drie nachten verbleven in een ontzettend leuk hostel, casa Manzu.  Het werd gerund door een echtpaar en hun twee dochters. De familie woonde er ook, dus we waren echt bij mensen thuis te gast. Superleuk! Op de dag van aankomst hebben we nog kunnen kijken naar een knotsgekke wedstrijd tussen Chelsea en Ajax en hebben we wandelschoenen voor Peter kunnen kopen. Liberia is niet per sé de mooiste stad, maar het is bijzonder praktisch om alles te vinden wat je nodig hebt. Op de één-na-laatste dag hebben we zo’n beetje de gehele ochtend in de McDonalds gebivakkeerd vanwege het feit dat ze daar goede wifi hebben en we onze plannen voor de komende weken graag wilden concretiseren. Daar was uiteraard enige research voor nodig. Daarbij vond Marije het geen straf om met twee cheeseburgers te ontbijten.. 

Vanuit Liberia vertrokken we naar Santa Elena, Monteverde. Bij aankomst in het hostel troffen we een alleraardigste eigenaar die slecht nieuws voor ons had: er was een dubbele boeking, waardoor hij geen plek voor ons had. Echter, soms kan slecht nieuws uitmonden in goed nieuws, want hij had een beter alternatief voor ons bij een bevriende hostel-eigenaar, een paar meter verderop. Of het echt beter was weten we niet, maar het was een heel fijn hostel met een hele vriendelijke eigenaar. Ook kregen we bij deze accommodatie gratis ontbijt en dat was niet het geval bij ons originele hostel, genaamd Hakuna Matata. 

In Monteverde hebben we twee nationale parken bezocht die allebei adembenemend mooi waren. Tijdens ons eerste bezoek zijn we tot onze bilnaad natgeregend, maar zo hadden we tenminste wel de authentieke regenwoud-ervaring. Ons tweede parkbezoek verliep droog. Ook wel eens leuk. In de parken was prachtige flora te zien. Qua fauna hebben we niet veel bijzonders gezien. Marije liep natuurlijk klaar met haar camera om mooie dieren te filmen. Toen deze uitbleven deed ze de mooie uitspraak: “Oké. Het komende half uur gaan we ons focussen op close-ups van dieren.” Uiteindelijk zagen we een rups. Wellicht zijn we een beetje verwend door Tanzania, waar de olifanten en leeuwen zich continu aandienden. 

monteverde1monteverde watervalmonteverde marije ponchomonteverde samenmonteverde jungle

Bij het kolibrie-café hebben we heel veel kolibries gezien die daar gevoederd werden. Dat was heel indrukwekkend. Kolibries kunnen stil in de lucht hangen en het zijn de enige vogels die zelfs achteruit kunnen vliegen. 

Het zijn zogenaamde cloudforest-parken, wat inhoudt dat de enorme bomen daar gehuld zijn in een soort van nevel. Heel speciaal! Over enorme bomen gesproken: we hebben een reuzenfycus beklommen. Dit is een redelijk goedbewaard geheim dat niet toeristisch uitgebuit wordt. Na lang zoeken vonden we de bijzondere boom die hol was en zo van binnenuit door gebruik te maken van de wortels beklommen kon worden. Absoluut een hoogtepunt.. 

ficus binneninficus marijeficus uitzichtficus peter

Marije had ook nog een ander hoogtepunt. Ze loopt al een paar weken met een vervelende hoest die zich vooral ‘s nachts aandient. Voor ons beider nachtrust is dit niet bevorderlijk, zul je begrijpen. Om hier eindelijk eens vanaf te komen, besloten we om bij de lokale drogist een middeltje te halen. Deze hoestdrank bleek een paardenmiddel te zijn, maar het had de bijwerking dat je er in combinatie met alcohol, een beetje ‘wappie’ van wordt (Marijes woorden). Omdat het drankje zo goed werkte, besloot Marije dat het eens innemen in de acht uur slechts een aanbeveling is en dus nam ze (nadat we naar de kroeg waren geweest) voor het slapen gaan een dubbele dosis. De volgende morgen voelde ze zich inderdaad een beetje ‘wappie’ en besloten we de ochtend maar bedrust te houden. De rest van de dag kwam het ook niet echt meer tot een serieuze activiteit. De nachtelijke hoest is weg en tot we zeker weten dat deze ook wegblijft, neemt Marije voorlopig maar even geen alcohol. 

“Merken jullie veel verschil tussen Nicaragua en Costa Rica?” is een vraag die ons veel gesteld wordt. “Absoluut!” is het antwoord. Het zijn buurlanden, maar de verschillen zijn enorm. Costa Rica is veel welvarender. Mensen hebben goede banen en aan alles merk je dat ze een fatsoenlijk inkomen hebben. Zaken zijn goed geregeld en in de horeca is men ontzettend klantgericht. In Nicaragua is alles veel rauwer. Het leven speelt zich veel meer op straat af. Men houdt erg van lawaai maken en dat wordt dan ook veelvuldig gedaan, het liefst door knallende speakers met keiharde muziek waar niemand van opkijkt. Dat zal in Costa Rica niet snel gebeuren. Ook in de portefeuille merken we dat we niet meer in Nicaragua zijn. Alles is hier minstens twee keer zo duur en in de supermarkten overschrijden de prijzen regelmatig de Nederlandse. Ook qua klimaat merken we verschillen: het is hier een stuk koeler dan in het noorden. Dat lijkt gek, omdat we nu dichter bij de evenaar zijn, maar het gebied waarin we verblijven ligt een stuk hoger. We verwachten wanneer we weer wat afdalen, weer extreem warme temperaturen.

Tot slot, ruwweg wat we in de McDonalds bekokstoofd hebben voor de nabije toekomst:
- nu: onderweg naar La Fortuna, Costa Rica. Hier slapen we drie nachten.
- dit weekend: Terug naar Liberia, waar we een weekend gaan doorbrengen met onze Nicaraguaanse vrienden Jurgen en Regina. Een bezoek aan Rincon de Vieja National Park staat op de planning.  
- verder: een bliksembezoek aan de hoofdstad San José, waar we afspreken met een oude vriendin van Marijes moeder die daar woont.
- Puerto de Vieja. Dit ligt aan de Caribische kust en schijnt een heuse reggae-vibe te hebben.
- Naar drie plekken in Panama, waarvan Panama-stad de laatste is.
- op 6 december vliegen we naar Bogota, Colombia. Hier verblijven we twee weken voordat  Sander en Frederique ons komen opzoeken. Hier kijken we erg naar uit!

Hier in Costa Rica heeft men als lijfspreuk: Pura Vida, wat zich vrij laat vertalen als ‘Leef het leven, geniet ervan, het leven is mooi’ of iets van gelijke strekking.

wij lopen

Pura vida! 

Foto’s

4 Reacties

  1. Yvonne:
    13 november 2019
    Fijn om weer een prachtig verhaal van jullie te lezen en zo op de hoogte blijven van alles wat jullie mogen ervaren en beleven. En wat een mooie foto's en video's. Nog heel veel plezier en lekker genieten
    Een dikke kus uit het Speerdisteltje.
  2. Pauline:
    13 november 2019
    Het was weer smullen! Vooral de kleine details (gat,wappie). Doe de groeten aan Margot!
    Ook een dikke kus uit Heukelum
  3. Mieke:
    13 november 2019
    Heerlijke verhalen, compleet met sinkholes en aanverwante wapperigheden.
    En wat een plaatjes!
    Wij kijken altweer uit naar de volgende blog.
    Dikke knuf uit het Meernse
  4. Cindy:
    16 november 2019
    Even weer helemaal terug in costa rica, al moet ik zeggen dat wij de mc niet gezien hebben haha. Wat gaaf om zo de verschillen te ervaren en beleven tussen landen. Panama hebben we ook hele goede verhalen over gehoord, benieuwd naar jullie ervaringen! Kan Marije niet wat van haar paardenmiddel Nederland in smokkelen? Hier ook wel gewenst voor de nachtrust van andre haha. Op naar de volgende belevenissen! Dikke knuf vanuit het koude kikkerlandje.